Een Private Network configureren bij Argeweb op Debian 7

Lees hier hoe je een Private Network configureert op Debian 7.

Inhoudsopgave

Stap 1: Log in op je VPS met SSH

Log in op je VPS met het SSH-protocol. Hiermee wordt toegang verkregen tot de CLI (command-line interface), waar we al het werk doen.

Stap 2: Controleer de beschikbare netwerkadapters

Om een overzicht te krijgen van alle beschikbare netwerkadapters voer je het volgende commando uit:

ip addr


Dit genereert een output dat er als volgt uitziet:

root@vps:~# ip addr 1: lo: <LOOPBACK,UP,LOWER_UP> mtu 16436 qdisc noqueue state UNKNOWN link/loopback 00:00:00:00:00:00 brd 00:00:00:00:00:00 inet 127.0.0.1/8 scope host lo inet6 ::1/128 scope host valid_lft forever preferred_lft forever 2: eth0: <BROADCAST,MULTICAST,UP,LOWER_UP> mtu 1500 qdisc pfifo_fast state UP qlen 1000 link/ether 00:1d:d8:b7:49:57 brd ff:ff:ff:ff:ff:ff inet 145.131.8.19/24 brd 145.131.8.255 scope global eth0 inet6 fe80::21d:d8ff:feb7:4957/64 scope link valid_lft forever preferred_lft forever 3: eth1: <BROADCAST,MULTICAST> mtu 1500 qdisc noop state DOWN qlen 1000 link/ether 00:1d:d8:b7:49:58 brd ff:ff:ff:ff:ff:ff


Hieruit valt op te maken dat er drie adapters beschikbaar zijn, namelijk localhost, eth0 en eth1. Localhost is de machine zelf, eth0 is de primaire netwerkadapter waaraan uw WAN-IP is gekoppeld. Tot slot is eth1 de adapter die we zullen gebruiken om het lokale netwerk mee tot stand te brengen. Als hier meerdere netwerkadapters beschikbaar zijn (eth2, eth3, etc.), controleer dan in uw Mijn Argeweb-omgeving welke de juiste is. U kunt hiervoor het MAC-adres gebruiken.

Stap 3: Configureer de netwerkadapter

Op Debian 7 is het noodzakelijk om de netwerkadapter toe te voegen aan de interface-configuratie. Om het relevante bestand aan te passen met de een tekstbewerker (vi) geef je de volgende opdracht in:

vi /etc/network/interfaces

In dit bestand dient het onderstaande toegevoegd te worden. Houdt er wel rekening mee dat het niet mogelijk is om hetzelfde IP-adress (IPADDR) in te stellen op meerdere apparaten binnen hetzelfde netwerk. Op de eerste VPS (hieronder) stel je dan ook het IP-adres 10.0.0.1 in, terwijl de tweede VPS bijvoorbeeld het IP-adres 10.0.0.2 krijgt.

#eth1 

auto eth1 

iface eth1 inet static

address 10.0.0.1 

netmask 255.255.255.0

Herstart vervolgens het netwerk op uw VPS door de volgende opdracht op te geven:

sudo /etc/init.d/networking restart


Check vervolgens opnieuw de beschikbare netwerkadapters met het commando ip addr om te zien of de eth1-netwerkadapter goed is ingesteld. Dit zou nu het volgende moeten laten zien:

root@AHV-ID-9147:~# ip addr 

1: lo: <LOOPBACK,UP,LOWER_UP> mtu 16436 qdisc noqueue state UNKNOWN 

link/loopback 00:00:00:00:00:00 brd 00:00:00:00:00:00

inet 127.0.0.1/8 scope host lo 

inet6 ::1/128 scope host 

valid_lft forever preferred_lft forever 

2: eth0: <BROADCAST,MULTICAST,UP,LOWER_UP> mtu 1500 qdisc pfifo_fast state UP qlen 1000 

link/ether 00:1d:d8:b7:49:57 brd ff:ff:ff:ff:ff:ff 

inet 145.131.8.19/24 brd 145.131.8.255 scope global eth0 

inet6 fe80::21d:d8ff:feb7:4957/64 scope link 

valid_lft forever preferred_lft forever 

3: eth1: <BROADCAST,MULTICAST,UP,LOWER_UP> mtu 1500 qdisc pfifo_fast state UP qlen 1000 

link/ether 00:1d:d8:b7:49:58 brd ff:ff:ff:ff:ff:ff 

inet 10.0.0.1/24 brd 10.0.0.255 scope global eth1 

inet6 fe80::21d:d8ff:feb7:4958/64 scope link valid_lft forever preferred_lft forever


Als het resultaat er goed uitziet zou het nu mogelijk moeten zijn om succesvol een ping uit te voeren naar deze VPS vanaf een andere VPS die geconfigureerd is om deel te nemen aan deze VLAN. Op de tweede VPS, welke bijvoorbeeld IP-adres 10.0.0.2 heeft gekregen, test je dit met de volgende opdracht:

ping 10.0.0.1

Stap 4: Configureer de firewall

Om een daadwerkelijke dataoverdracht tussen twee VPS’en binnen hetzelfde lokale netwerk mogelijk te maken, moet je de iptables-firewall configureren. Hiervoor is het alleen nodig om het lokale IP-adres van de andere VPS toe te laten. Zo zal bijvoorbeeld op de eerste VPS (10.0.0.1) de onderstaande opdracht moeten worden gegeven om de tweede VPS (10.0.0.2) toe te kunnen laten:

iptables -I INPUT -s 10.0.0.2/32 -p tcp -m tcp -j ACCEPT


Het is ook mogelijk om een andere VPS slechts toegang tot specifieke porten te geven. Hieronder hebben we een volledig overzicht geplaatst van de verschillende manieren waarop dit gedaan kan worden. In het onderstaande overzicht wordt de firewall op de eerste VPS met IP-adres 10.0.0.1 ingesteld. Als dit juist andersom moet, pas dan het IP-adres in de onderstaande voorbeelden aan naar het correcte adres.

Om een specifieke port open te zetten:

iptables -I INPUT -s 10.0.0.2/32 -p tcp -m tcp --dport 3000 -j ACCEPT

Om meerdere specifieke porten open te zetten:

iptables -I INPUT -s 10.0.0.2/32 -p tcp -m multiport --dports 3000,4000,5000 -j ACCEPT

Om een portrange open te zetten:

iptables -I INPUT -s 10.0.0.2/32 -p tcp -m multiport --dports 3000:3010 -j ACCEPT

Stap 5: Sla de nieuwe iptables-regels op

Op Debian 7 zullen de bovenstaande iptables-opdrachten niet standaard bewaard blijven en gaan bijvoorbeeld met een herstart van de server verloren. De meest eenvoudige manier om dit te voorkomen is door gebruik te maken van iptables-persistent. Deze kan worden geïnstalleerd met de volgende opdracht:

apt-get install iptables-persistent


De bovenstaande regels blijven alleen actief in de huidige sessie. Zodra de firewall of VPS worden herstart zullen de regels niet langer actief zijn. Zorg er daarom voor dat de nieuwe configuratie wordt opgeslagen nadat de bovenstaande opdrachten zijn gegeven. Zo blijven deze ook na een herstart actief. Dit kan worden gedaan met de volgende opdracht:

iptables-save > /etc/iptables/rules.v4

M
Mark is the author of this solution article.

Was dit antwoord nuttig? Ja Nee

Feedback versturen
Het spijt ons dat we u niet hebben kunnen helpen. Als u feedback geeft, kunnen we het artikel verbeteren.